vrijdag, januari 14, 2005

Schrijven = schrappen

Bijvoeglijke naamwoorden schrappen is een vreemde bezigheid. In het begin moeilijk en als je eenmaal je draai vindt gaat het eigenlijk ontzettend makkelijk en snel (ik ben ook wel erg dol op het woord nieuw zeg!) Tekst lijkt er wel spartaanser door te worden en het was naar mijn smaak al vrij kaal (al kan ik me hier in vergissen.) Merk dat de afstand in tijd ook een zekere afstand tot de tekst heeft geschapen. Ik kan inmiddels langs het verhaal kijken/lezen. En ik heb geduld! Kom soms zinsconstructies tegen waarvan ik, als ik ze lees, weet dat ze anders moeten/kunnen. Even denk ik dan “zit wel goed” maar betrap mezelf er op dat ik vervolgens toch braaf ga sleutelen.

Desondanks vraag ik me zo tijdens het strepen af of ik het daadwerkelijk kan slijten, want eerlijk gezegd heb ik er een hard hoofd in. Kwalitatief is het in orde, geen debuut dat lezend Nederland zou doen trillen op zijn grondvesten (ook al is er waarschijnlijk nooit zoiets geschreven), dat was ook nooit de inzet (ben meer van het rustig uitbouwen van een oeuvre…het jazz model zeg maar in plaats van het “verpletterende debuutalbum dat nooit meer is benaderd” model.) Maar het blijft hoe graag ik het wil ontkennen literaire sciencefiction. Bovendien waar ik nu bewust van word: er worden gigantische hoeveelheden drugs in geconsumeerd (nieuw Nederlands record?) zonder dat werkelijk iemand er ook maar aan onder door gaat (ja, we gaan niet moralistisch doen.) Aan de andere kant het is een boek wat in principe voor de housers is geschreven dus ergens moet er een publiek voor zijn. Denk ik dan. Afijn, streep/streep en wie weet zo af en toe een fragment op Droommachine: Sporenburg terwijl de enveloppen de deur uit gaan.